Het leek mij nogal spannend, toen ik voor het eerst hoorde over een op handen zijnde huis-aan-huisactie. Zeker omdat we toen -als experiment- eens naar een wijk gingen waar erg rechts gestemd was. 'Helaas' had ik die dag andere verplichtingen. In mijn fantasie zouden onze kameraden de straat uitgejaagd worden door boze mannen, urenlang naar samenzweringstheorieën moeten luisteren tot ze aan zichzelf begonnen te twijfelen en de meest vreselijke dingen zouden ze naar hun hoofd krijgen. 's Avonds appte ik dus direct iemand die er bij was. Hoe was het gegaan, zijn jullie nog heel?
Ik kreeg een droog antwoord: 'ja veel PVV-stemmers, maar leuke gesprekken gehad.' Ok. Veel PVV-stemmers, maar leuke gesprekken gehad. Maar niet op enorm veel weerstand gestuit dan? 'Nee hoor, mensen maken graag een praatje.' Tijd dus, om mijn beeld bij te stellen. Een paar weken later krijg ik de gelegenheid om het zelf te gaan ervaren.
Rond het middaguur verzamelen we bij een lid in de buurt. We drinken koffie en kletsen wat. Ik vertel dat het mijn eerste keer is en vraag alles wat ik kan bedenken. Hoe gaat dat dan? Hoe reageren mensen als je ineens voor hun deur staat in een felgroen jasje? Waar praat je over? Moet ik mensen ergens van overtuigen? Wat moet ik weten over deze buurt? Wat doen we als dit of dat? Joachim, zegt Nils, wij gaan samen, het komt goed. De koffie is op en ik prop nog snel wat chocoladepaaseitjes naar binnen. Tegen de zenuwen ofzo.
Samen lopen we de straat uit. Nils in het rood, ik in het groen. We slaan rechtsaf en dan weer links. Nils heeft al héél vaak gedaan vertelt 'ie en dat stelt mij gerust. We spreken af dat hij het initiatief zal nemen. Op de hoek staat een man zijn auto te wassen en Nils stapt er zelfverzekerd op af. Goedemiddag! Woont u hier? Meneer woont hier. Wij zijn Nils en Joachim van GroenLinks en PvdA. Ik zwaai een beetje ongemakkelijk. Nils neemt het woord: ook tussen de verkiezingen door willen we graag weten wat er in de buurten speelt, dus we komen een praatje maken. Hoe is het om hier te wonen, hoor ik hem vragen. De man lacht en gespannen wacht ik af wat er komen gaat. De man vertelt: lekker rustig, misschien een beetje te rustig. Na wat doorvragen leren we dat er een café mist in de wijk en meneer sowieso het gevoel heeft dat steeds meer voorzieningen verdwijnen. Ook ergert hij zich aan mensen die het grofvuil niet op de juiste tijden buiten zetten. Vroeger was het hier netter. We kletsen nog wat en gaan door. De man wenst ons succes.
We bellen aan bij een huis. Meneer doet open. Nils neemt gelukkig weer de leiding en introduceert ons. Oh nee, daar heb ik geen zin in hoor, zegt de man, ik heb niks om met jullie te delen. Vanuit de gang klinkt een stem: wie zijn daar? 'Twee gozers van GroenLinks en PvdA' vertelt hij z'n vrouw. Ze komt in de deur opening. We praten over de straat, de buren, wat er allemaal verandert, de 'yuppen' en voor we het weten zijn we een kwartier verder. In het gesprek werd duidelijk dat we het over heel veel oneens zijn, maar over nog veel meer eens. Soms schuurt het een beetje, maar we lachen met en om elkaar. Bij het afscheid krijgen we een hand en zegt het echtpaar dat we ook om de hoek moeten kijken, in de buurttuin. We beloven het te doen.
Terwijl we naar het volgende huis lopen merk ik dat ik glimlach. Ik zeg tegen Nils dat het me verbaast dat mensen zo open zijn en de tijd nemen om te kletsen. Ik zei het je toch, zegt 'ie. We bellen weer aan. Hoewel ik de indruk heb dat er iemand thuis is, blijft de deur dicht. Dat hoort er ook bij kennelijk.
Bij het volgende huis hebben we meer geluk. De spanning is weggezakt en ik stel voor het woord te nemen. Hoi! Wij zijn Nils en Joachim van GroenLinks en PvdA, zeg ik enthousiast. Mevrouw kijkt ons onderzoekend aan. Ik glimlach zo vriendelijk als ik kan en ga verder: We willen als lokale partijen graag contact houden met de bewoners. Hoe is het om hier te wonen? Mevrouw zwijgt en de zojuist opgebouwde moed voel ik langzaam wegglijden. Van welk onderdeel van GL/PvdA we dan zijn. Afdeling Noord, antwoord ik, we wonen hier allebei een buurt verderop. Mevrouw ontdooit, gelukkig. Ze woont pas enkele jaren in deze buurt, maar is betrokken in allerlei buurtinitiatieven. Ze vertelt ons dat er wel wat frictie is tussen oude en nieuwe bewoners, maar dat ze denkt dat iedereen gewoon een beetje aan elkaar moet wennen. Ga ook eens langs op nummer X, zegt ze, die wonen hier pas net en misschien is het leuk om te horen hoe zij het ervaren. Dat gaan we doen!
Jawel hoor, ze woont er net, maar haar oude buurt was veel gezelliger. Die was divers en er was bedrijvigheid. Hier is het maar saai. Ze heeft nu wel een fijn huis, mét een tuintje, maar ja, wat heb je aan een tuintje als je buren niet eens even bij elkaar op visite komen? Ik merk dat ik tijdens gesprekken de tijd uit het oog verlies. Soms begint een gesprek wat moeizaam, maar een moment later sta je geanimeerd te kletsen met een totale vreemde en vliegt de tijd werkelijk voorbij. We wensen mevrouw een fijne middag en drukken haar op het hart dat het vast even wennen is, maar heus goed komt. Tijd om weer door te gaan: op naar de buurttuin!
Daar treffen we M., die niet alleen de initiatiefnemer is van de buurttuin, ze is er ook de drijvende kracht achter. Ze vertelt ons hoe het begon, en welke plannen ze allemaal nog heeft. Heel veel plannen! Terwijl we staan te praten komt de ene na de andere buurtgenoot voorbij en we maken met iedereen kennis. We leren dat hier iedereen samenkomt en op hun eigen manier wat bijdraagt. Op een mooie zomeravond wordt er gekookt en komen de biertjes op tafel. Nils en ik kijken elkaar aan, hadden wij maar zoiets in onze straat. Onze tijd zit erop. Terwijl we afscheid nemen zeg ik dat ze een nieuwe buurvrouw hebben, en M. belooft er binnenkort even langs te gaan.
Mij lukt het niet meer mijn enthousiasme te onderdrukken en vertel Nils dat ik het fantastisch vond. Wanneer we onze 'collega's' verderop treffen, vertel ik in kleur en geur wat we meegemaakt hebben. Hoe lief iedereen was en dat mensen het gewoon leuk vinden om een praatje te maken aan de deur. De rest lacht: 'Wat had je dan gedacht!?' Weet ik niet, antwoord ik, maar ik ga volgende keer weer mee!